PERSBERICHT: DSM en POET maken belofte geavanceerde biobrandstoffen werkelijkheid in 2013
Koninklijke DSM N.V. en POET, LLC, een van de grootste ethanolproducenten ter
wereld, maken vandaag bekend dat zij in een joint venture de productie van
bioethanol uit lignocellulose op commerciële schaal zullen demonstreren en de
technologie in licentie zullen verkopen aan derden. Dit is een nieuwe stap in de
ontwikkeling van biobrandstoffen, gebaseerd op door de beide ondernemingen zelf
ontwikkelde, complementaire technologieën. De joint venture, POET-DSM Advanced
Biofuels, LLC, zal volgens plan in de tweede helft van 2013 beginnen met de
productie van bioethanol uit lignocellulose. De commerciële fabriek die daartoe
wordt gebouwd is een van de eerste in zijn soort in de Verenigde Staten.
De beide partners zullen bioethanol produceren uit oogstresten van maïsplanten
(de kolven, bladeren en deels ook stengels die op de akker achterblijven na de
oogst van de maïskorrels) met behulp van een biologisch proces, waarbij gebruik
wordt gemaakt van enzymatische hydrolyse gevolgd door fermentatie. De
commerciële demonstratie van de technologie wordt gerealiseerd in het Liberty-
project. Daartoe wordt een fabriek gebouwd naast een bestaande fabriek van POET
in Emmetsburg (Iowa, Verenigde Staten) waar ethanol wordt gemaakt uit maïs.
Initieel zal de productiecapaciteit 20 miljoen US gallon (75 miljoen liter) per
jaar bedragen, naar verwachting uit te breiden naar circa 25 miljoen US gallon
(95 miljoen liter) per jaar.
POET-DSM Advanced Biofuels, LLC verwacht de technologie van het Liberty-project
te kunnen kopiëren naar additionele fabrieken die zullen worden gebouwd op de
overige 26 maïs-ethanol locaties in POET's productienetwerk, en haar in licentie
te verkopen aan andere producenten in de VS en de rest van de wereld. Uitgaande
van de schattingen van het Amerikaanse Environmental Protection Agency over het
verbruik van bioethanol uit oogstresten van maïsplanten zullen tussen nu en
2022 in de VS zo'n 350-400 nieuwe bioraffinaderijen moeten worden gebouwd om een
productievolume te bereiken van ruim 16 miljard US gallons (60 miljard liter)
lignocellulose-bioethanol per jaar. Dit volume is gemandateerd in de Renewable
Fuel Standard van het Amerikaanse ministerie van energie (DOE).
DSM en POET nemen elk een aandeel van 50% in de joint venture, die zal worden
gevestigd in Sioux Falls in de staat South Dakota. De initiële investering in
het Liberty-project door de joint venture zal circa USD 250 miljoen bedragen. De
daadwerkelijke oprichting van de joint venture is afhankelijk van goedkeuring
door regelgevende instanties en de vervulling van een aantal andere
gebruikelijke voorwaarden.
Naar verwachting zal de joint venture winstgevend zijn in het eerste volledige
productiejaar (2014), en zal op de middellange en lange termijn een substantiële
omzet worden gegenereerd met een bovengemiddelde EBITDA-bijdrage.
Voor beide joint venture-partners geldt dat zij uitgebreide expertise en
ervaring inbrengen op verschillende gebieden die te maken hebben met de
productie van bioethanol uit lignocellulose. Zij delen bovendien dezelfde visie
met betrekking tot de noodzakelijke ontwikkeling van en overgang naar een bio-
economie.
Jeff Broin, oprichter en CEO van POET, gaf de volgende toelichting: "Deze joint
venture brengt twee bedrijven bij elkaar die een voortrekkersrol vervullen in de
overstap van een fossiele economie naar een bio-economie. De samenwerking heeft
een ambitieus doel: bioethanol uit lignocellulose concurrerend maken met ethanol
uit maïs, de meest concurrerende vloeibare transportbrandstof die momenteel op
de markt is. Wij denken dat we met de joint venture een goede uitgangspositie
hebben om onze ambitieuze productiedoelen voor lignocellulose-ethanol te halen."
Feike Sijbesma, CEO en Bestuursvoorzitter van DSM, verklaarde: "Deze
samenwerking is voor DSM een strategische mijlpaal. Gebruikmakend van de unieke
kansen op het gebied van Life Sciences en Materials Sciences kunnen wij meer dan
honderd jaar ervaring op het gebied van biotechnologie en chemie bijdragen aan
deze joint venture met een toonaangevende speler op het gebied van
biobrandstoffen. Samen hebben we de sleutel in handen om kansen te ontsluiten op
het gebied van de productie van bioethanol uit lignocellulose. De wereld staat
voor ongekende uitdagingen, met een groeiende wereldbevolking die een steeds
groter beslag legt op de natuurlijke hulpbronnen. Daarom moeten we haast maken
met de overgang naar een bio-economie, en deze joint venture is een belangrijke
stap in die richting."
Als een van 's werelds grootste producenten van ethanol uit maïs werkt POET al
ruim tien jaar aan de ontwikkeling van bioethanol uit lignocellulose. In
november 2008 opende het bedrijf een proeffabriek voor bioethanol uit
lignocellulose in zijn onderzoekscentrum in Scotland in de Amerikaanse staat
South Dakota. In de afgelopen vijf jaar heeft POET samen met boeren gewerkt aan
een systeem om oogstresten van maïsplanten (de kolven, bladeren en deels ook
stengels die op de akker achterblijven na de oogst) in balen te persen, te
transporteren en op te slaan.
DSM beschikt reeds over een unieke positie op het gebied van de ontwikkeling van
lignocellulose-ethanol. De onderneming biedt namelijk als enige ter wereld zowel
vergistingstechnologie als enzymtechnologie voor de versnelde omzetting die
nodig is om de technologie commercieel levensvatbaar te maken. DSM heeft zeer
veel ervaring met het opschalen van biotechnologische processen en beschikt over
een uitgebreid wereldwijd netwerk van vestigingen en relaties om de invoering
van de technologie in belangrijke markten te versnellen.
Bioethanol op basis van lignocellulose uit oogstresten van maïsplanten die
achterblijven op de akker is een zeer veelbelovend product. Indien de
technologie zou worden toegepast in alle 27 bestaande fabrieken in het
productienetwerk van POET waar ethanol uit maïs wordt bereid, kan daar jaarlijks
in totaal tot wel 3,8 miljard liter lignocellulose-ethanol worden geproduceerd.
Uit een analyse van de Renewable Fuel Standard heeft de Amerikaanse
Environmental Protection Agency afgeleid dat in 2022 circa 30 miljard liter
bioethanol op basis van lignocellulose uit oogstresten van maïsplanten zal
worden geproduceerd. Daarnaast schatten de Amerikaanse Ministeries van Energie
en Landbouw dat in Amerika meer dan een miljard ton biomassa beschikbaar is
waarmee een hoeveelheid bioethanol op lignocellulosebasis kan worden
geproduceerd die een derde van de jaarlijks in Amerika verbruikte hoeveelheid
benzine kan vervangen.
Conference calls