Aandeelhouder is koning bij Albert Heijn
16:00
De aanval is de beste verdediging, zal de Zaanse grootgrutter hebben gedacht. Terwijl consumenten elke maand dieper in de buidel moeten tasten voor de dagelijkse boodschappen, presenteerde Ahold-Delhaize-baas Frans Muller afgelopen week glanzende kwartaalresultaten. De bestuursvoorzitter wees echter met de beschuldigende vinger naar de levensmiddelenfabrikanten. Die zouden hun prijzen te veel verhogen.
Muller beweert dat de daling van de winstmarge in Europa naar 3,4% aantoont dat het supermarktconcern als een soort buffer de grootste prijsschokken voor de klant opvangt. Daar valt wel het een en ander op af te dingen. Om te beginnen verdient Ahold nog altijd ruim €4 op elke €100 boodschappen. Daarmee is het vergeleken met de gemiddelde supermarkt een geweldige winstmachine. Jumbo kwam vorig jaar nog niet op de helft.
Voor het hele concern, dat prima zaken deed in Amerika, ging de winstmarge in het derde kwartaal zelfs omhoog, naar 4,4%. En laten we ook niet vergeten dat die winsten geboekt worden over een fors hogere omzet. Die knalde door de prijsverhogingen en een sterke dollar met 21% omhoog. De boekhouder van Ahold-Delhaize zal zich in de handen wrijven als hij de onderliggende euro’s telt – ruim 22% meer.
En de aandeelhouder natuurlijk ook. Ahold Delhaize verhoogde de verwachte winstgroei per aandeel van rond de 5% naar zeker 10%. De belegger voelt er niets van dat het bedrijf prijsklappen voor klanten zou opvangen. Er komt zoveel geld binnen dat het concern zich er geen raad mee weet en opnieuw voor €1 mrd aan eigen aandelen inkoopt. Daarmee wordt de koers van de uitstaande aandelen opgepompt.
Met het opvangen van prijsschokken voor klanten — die nu 14% meer voor hun boodschappen betalen dan een jaar eerder — valt het dus wel tegen. Muller wijst op de hogere winstmarges van levensmiddelenfabrikanten — 15% en meer —, maar vertelt er niet bij dat die daarvoor veel meer doen dan de supermarkten. Dat zijn de doorgeefluiken voor enorme hoeveelheden producten, terwijl fabrikanten deze ontwikkelen, produceren en vervoeren.
Unilever – dat eigenlijk alleen door prijsverhogingen de omzet in het derde kwartaal zag stijgen – moest zijn aandeelhouders bijvoorbeeld vertellen dat ze genoegen moeten nemen met minder winstmarge dan ze was voorgespiegeld – de onderliggende marge blijft steken op 16%. Ahold Delhaize kan zijn beleggers juist een betere winstmarge laten zien. Als het concern al aan een buffer aan het bouwen is, is het de eigen financiële buffer.