Een zee vol windmolens. Maar is de vraag naar die energie er straks op tijd?
Windenergie op zee moet de belangrijkste bron van elektriciteit worden. Het kabinet wijst nieuwe locaties voor de bouw van windparken in de Noordzee aan om die ambitie te halen. Netbeheerder Tennet vreest echter dat het aanbod van windenergie en de vraag van grote industriële bedrijven, die enorme investeringen moeten doen om hun bedrijfsprocessen te elektrificeren, niet gelijk oplopen.
Wind op zee wordt cruciaal voor de energievoorziening van de toekomst. Het zal een uitdaging worden om de opgeschroefde ambities van het kabinet te halen. Tekort aan materialen en een overvol hoogspanningsnet zijn struikelblokken. Tennet wil dat de overheid de vraag bij Nederlandse industrie in kustgebieden gaat stimuleren.
Met klamme handen staart Joris Engelen naar het scherm van zijn computer. 'Gaat dit goed aflopen?' spookt door het hoofd van de projectleider bij Tennet. Het is maandagochtend 31 januari. Door de hevige storm Corrie is vrachtschip Julietta D op drift geraakt. Het gevaarte koerst recht af op een boot op metershoge poten, waarop op dat moment 127 van zijn mensen zich bevinden. Ze moeten zich in allerijl klaarmaken om de reddingsboten te betreden.
Engelen voelt zich machteloos. De golven zijn op dat moment zes meter hoog. Dan moet er wel iets mis gaan in zulke klein reddingsbootjes. Via camerabeelden volgt hij het team en de bewegingen van de Julietta D. Vlak voordat zijn mensen in de reddingsboten gaan wordt duidelijk dat het vrachtschip hun werkplatform net gaat missen. Enkele kilometers verderop ramt de boot een onbemand platform van Tennet.
De bouw van de enorme transformatorplatforms op zee is een aaneenschakeling van spannende momenten. Er worden stroomkabels van 100 kilogram per meter in de bodem van de Noordzee gegraven. Het 24 meter hoge en 3928 ton zware transformatorstation moet vanaf de werkplaats in Dubai op het transportschip worden gehesen. En vervolgens moet dat station weer op het 44 meter hoge onderstel in zee worden getakeld. Allemaal precisiewerk waarbij niks mis mag gaan. 'Maar zo spannend als die stormachtige maandagochtend is het niet meer geworden', zegt Engelen.
Hij vertelt de anekdote tijdens een boottocht die Tennet organiseert langs de twee zo goed als afgebouwde platforms voor de kust van Scheveningen. Die moet je zien als twee gigantische stopcontacten: ze sluiten een windpark van Vattenfall aan op het hoogspanningsnet op land. Goed voor 1,4 gigawatt (GW) aan stroom, in theorie genoeg om 2 miljoen huishoudens van elektriciteit te voorzien.
Energievoorziening van de toekomst
Dit soort installaties gaan een cruciale rol spelen in de energievoorziening van de toekomst. Nu komt nog maar 2,5 GW van wind op zee. In 2030 moet het de belangrijkste bron van elektriciteit zijn, is de wens van Klimaatminister Rob Jetten. De ambities zijn daarom in korte tijd opgeschroefd van 11 GW naar ruim 20 GW windenergie in 2030.
Mooie plannen, maar de weg naar 20 GW in 2030 is geplaveid met obstakels, schetsen de deskundigen van Tennet en andere marktkenners. Alleen al het tekort aan grondstoffen is een probleem. Voor de gigantische windturbines zijn grote hoeveelheden staal, aluminium en koper nodig. Daar is mede door de oorlog in Oekraïne en de sancties tegen Rusland een tekort aan, waardoor prijzen door het dak gaan.
Ook voorzien kenners schaarste aan bedrijven die windturbines kunnen bouwen en parken aanleggen. Nederland is slechts één van de vele landen die inzetten op wind op zee. Het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Denemarken: allemaal willen ze op grote schaal windturbines plaatsen op de Noordzee. Snel opschalen is echter lastig voor veel bedrijven die deze projecten uitvoeren. Er is nu al een tekort aan schepen.
Dan de procedures en de vergunningen die nodig zijn. Het bouwen van een park kost gemiddeld twee jaar, maar het neemt zo zes à zeven jaar in beslag voordat alle vergunningen rond zijn. 'Het zijn enorm complexe procedures', zegt Marco Kuijpers, hoofd van de grote offshoreprojecten bij Tennet. 'Dat moet sneller en efficiënter.' Ook dat is lastig, alleen al omdat bij de overheidsinstanties die de vergunningen beoordelen ook een tekort aan mankracht is.
Grootste struikelblok
Maar het grootste struikelblok ligt misschien wel bij Tennet zelf, zegt René Peters van onderzoeksinstituut TNO. De netbeheerder krijgt het nu al volle hoogspanningsnet nooit op tijd gereed om 20 GW aan energie die van windturbines komt het land in te leiden. Daarvoor zouden in te korte tijd te veel nieuwe kabels op land moeten worden aangelegd.
Tennet ziet daarom het liefst dat de grote industrie aan de kust die windenergie gaat afnemen. Dat is wel zo efficiënt, omdat de stroom dan niet het hele land door hoeft. De meeste grote samenklonteringen van energieslurpende bedrijven liggen ook vlak bij zee. Neem Tata Steel in IJmuiden en de bedrijven in de Rotterdamse haven.
Alleen vreest de netbeheerder dat de vraag naar windenergie van deze bedrijven en het aanbod niet gelijk oplopen. 'We zitten nu in een kip-en-ei-situatie' zegt Joost Greunsven, expert elektriciteitsmarkten bij Tennet. Grote industriële bedrijven moeten enorme investeringen doen om hun bedrijfsprocessen te elektrificeren. Dat doen ze volgens Grunsven pas als ze zeker weten dat er genoeg aanbod is aan groene stroom.
Investeerders en energiebedrijven steken op hun beurt pas miljarden in de aanleg van windparken op zee als ze zeker weten dat er genoeg vraag is. Als die vraag er niet op tijd is moeten ze straks hun windmolens uitzetten, schetst Greunsven op de voorsteven van het schip van Tennet dat net langs een van de platforms koerst. Het felgele onderstel van het platform steekt scherp af tegen de helderblauwe lucht.
Windvraag stimuleren
Als het aan Tennet ligt moet de overheid daarom meer doen om de vraag bij de industrie te stimuleren. Er worden nu wel afspraken gemaakt met de grootste energieverbruikers over elektrificatie maar die plannen staan nog in de kinderschoenen, is het commentaar. Ook Vattenfall vindt dat de overheid er wel wat 'steviger in mag staan' zegt de woordvoerder. 'De afspraken zijn nog wat te vrijblijvend. Wij willen dat helder is waar en wanneer grote bedrijven straks groene stroom nodig hebben.'
Marc Schmitz, bankier bij de Rabobank en expert op gebied van groene energie, heeft er wel vertrouwen in dat de afnamecontracten van grote industriebedrijven er op tijd komen. Zo heeft het grote Duitse chemieconcern Basf al een belang genomen in het windpark in aanbouw.
De verwachting is bovendien dat waterstof een steeds belangrijkere rol gaat spelen in de industrie. Voor de productie van waterstof is enorm veel elektriciteit nodig. Alleen staalgigant Tata heeft bijvoorbeeld al 6 tot 7 GW nodig om op duurzaam geproduceerde waterstof te kunnen draaien.
Ook zijn de investeringen in windparken steeds makkelijker rond te rekenen, schetst Schmitz. In 2009 moesten energieleveranciers €160 euro per megawattuur (MWh) opgewekte stroom rekenen om zo'n windpark rendabel te krijgen. Nu is dat rond de €40 a €50 euro. Omdat de turbines steeds groter worden vangen ze bovendien meer wind en is de zekerheid dat er stroom geleverd kan worden ook toegenomen.
Door de enorme schaarste aan grondstoffen ziet Schmitz de investeringskosten de afgelopen maanden wel stijgen met wel 30% tot 40%. 'Een offerte voor een turbine is nu slechts 2 weken geldig, vanwege onduidelijkheid over staalprijzen en prijzen van andere componenten van de turbine.'