Voor de geïnteresseerden.
Een algemeen verhaal in relatie wat bij ING speelt qua duurzaamheid.
FD artikel.
Onze banken waren de voortrekkers van ‘Parijs’, maar de praktijk blij…
Milieudefensie stelt ING juridisch aansprakelijk voor het medeveroorzaken van gevaarlijke klimaatverandering, zo werd vrijdagmiddag bekend. Dit besluit staat niet op zichzelf. Banken remmen de energietransitie af door klimaatrisico’s én -kansen onvoldoende mee te nemen in hun risicoweging. Daardoor houden ze te weinig kapitaal aan voor niet-duurzame leningen, wat ertoe leidt dat kapitaal hiervoor te goedkoop is. Andersom krijgen duurzame ondernemers te weinig krediet. Een ramp voor de planeet en zijn bewoners, en dus ook een gevaar voor onze financiële stabiliteit.
Ook financiële toezichthouders zien dit. Zo waarschuwde toenmalig Bank of England-president Mark Carney in een toespraak in 2015 al voor het risico van kortetermijndenken. En de Europese Centrale Bank publiceerde in 2020 richtlijnen voor banken hoe zij klimaat en andere milieurisico’s kunnen managen. Sindsdien stelt de ECB elk jaar opnieuw vast dat niet één grote bank hieraan voldoet. Tot extra kapitaaleisen voor niet-duurzame investeringen heeft dat nog altijd niet geleid.
Moeizaam vooruit
Dat wil niet zeggen dat de banken geen vooruitgang boeken. De Nederlandse financiële sector committeerde zich in 2019 als eerste ter wereld aan ‘Parijs’ en het nationale klimaatakkoord. Hiermee erkende de sector zijn centrale rol in de maatschappij. Natuurlijk kunnen de banken de energietransitie niet leiden, dat is aan de overheid. Wél kan de sector de transitie versnellen door vooruit te kijken, te anticiperen in beleid, technologie en consumentenvoorkeuren, en zo bijtijds de geldkraan dicht te draaien voor niet-duurzame activiteiten. Of duurzame bedrijven juist snel op te schalen.
Nederland zette in 2019 de toon – twee jaar later volgde de rest van de wereld met de Glasgow Financial Alliance for Net Zero. De Nederlandse financiële instellingen verrichtten de afgelopen jaren pionierswerk. Ze speelden een voortrekkersrol bij vrijwel elk belangrijk mondiaal initiatief.
Helaas bleek de uitvoering taai. Het commitment kwam onvoldoende van de grond. Klimaatrapportages bleven een grabbelton, met veel uiteenlopende en onverklaarbare keuzes over welk deel van de leningen ‘klimaatrelevant’ is en over welk deel wordt gerapporteerd. Daarbij stelden de banken vooral relatieve doelen, terwijl het natuurlijk om absolute emissies gaat: het klimaat schiet niets op met vliegtuigen die iets zuiniger zijn, maar flink in aantal toenemen.
De banken rapporteren zelf dat zij in de meeste sectoren de doelen behalen. Dat is opmerkelijk in een economie die nog niet op koers ligt om de klimaatdoelen te halen. De Nederlandsche Bank concludeerde dan ook dat de geaggregeerde portefeuille van de Nederlandse banken in sectoren waar ze zeggen te voldoen, juist ver achterblijft bij wat nodig is. Het telt allemaal dus niet op.
Falende ambities
In de laatste aandeelhoudersvergadering van 2023 kon ING niet volmondig ‘ja’ antwoorden op de vraag of de bank zijn CO2-uitstoot zou gaan verminderen met minimaal 45% in 2030. Dat is vreemd: de bank heeft zich gecommitteerd aan het behalen van de klimaatdoelen, en in het klimaatakkoord is een reductie van 49% in 2030 ten opzichte van 1990 afgesproken. Inmiddels mikt de EU zelfs op 55% reductie, terwijl Nederland streeft naar een reductie van 60%.
‘De ECB gaf dit jaar voor het eerst de slechtst presterende banken dwingende aanwijzingen en dreigde hen met boetes’
Ondertussen pakten ook de toezichthouder en de wetgever niet door. In 2022 kondigde minister Sigrid Kaag van financiën aan te gaan verkennen of wetgeving de financiële sector kan helpen het ‘vliegwiel’ van verduurzaming te worden. Maar de consultatie daarover is pas onlangs geopend. De ECB gaf ook pas dit jaar voor het eerst de slechtst presterende banken dwingende aanwijzingen en dreigde hen met boetes. Het krediet voor niet-duurzame investeringen is daardoor nog steeds te goedkoop.
Juridisch afgedwongen
Frank Elderson, lid van het dagelijks bestuur van de ECB, wees banken recent op het risico van klimaatrechtszaken. Net als Shell, dat eerder door de rechter tot meer actie is veroordeeld, hebben ook banken een zorgplicht. Het advies van Elderson: stel transitieplannen op in lijn met het klimaatverdrag van Parijs.
ING lijkt daar nog niet aan te voldoen. Volgens het Internationaal Energie Agentschap is het ontwikkelen van nieuwe fossiele energiebronnen onverenigbaar met een stabiel klimaat. Toch vloeien er nog steeds miljarden van ING naar olie- en gasbedrijven, die nog volop investeren in nieuwe olie- en gasbronnen.
Nu zal ING waarschijnlijk betogen dat de concurrentie in het gat springt van overduidelijk niet-duurzame, maar op de korte termijn nog wel heel rendabele, leningen. Maar ook de concurrenten lopen het risico dat de rechter ze terugfluit. Alleen al in 2022 zijn er wereldwijd meer dan 2000 klimaatrechtszaken aangespannen. Rechters kunnen daarom, via uitspraken over individuele banken, tóch de systeemverandering afdwingen die nodig is voor het klimaat en daarmee de gehele financiële sector stabiliseren.
Rens van Tilburg is directeur van het Sustainable Finance Lab (SFL) aan de Universiteit Utrecht.