Bolivia geeft Shell een schijntje
Oliemaatschappij na nationalisatie gedwongen Bolivia te verlaten
Edwin Koopman, La Paz
Oliegigant Shell is door president Morales gedwongen zijn aandeel in het lokale bedrijf Transredes te verkopen. Voor een fractie van de waarde.
De Boliviaanse staat gaat alle activiteiten van Shell in het Andesland overnemen. Daarover bereikte de Boliviaanse regering vrijdag een akkoord met Shell. Daarmee zou een einde komen aan de activiteiten in Bolivia.
De transactie betreft het aandeel van Shell in het bedrijf Transredes, verantwoordelijk voor vrijwel alle gas- en olietransporten in Bolivia. Het Boliviaanse staatsoliebedrijf YPFB, dat 34 procent van Transredes bezit, wil graag een meerderheidsbelang. Daarvoor loert het al geruime tijd op het Shell-aandeel, dat 25 procent bedraagt.
Al tijdens zijn bezoek aan Nederland in november 2006 legde de Boliviaanse president Evo Morales die wens persoonlijk op tafel bij de Shell-directie. De onderhandelingen verliepen moeizaam. Begin dit jaar voerde Morales de druk op; Shell kreeg tot 1 mei de tijd om te verkopen. Een akkoord bleef uit en Bolivia nationaliseerde op 2 juni Transredes. Shell accepteerde daarop onderhandelingen over de vergoeding. Vrijdag waren de partijen eruit.
Wat Bolivia gaat betalen is niet duidelijk. „De prijs is bepaald door de regering”, zei minister van Energie Carlos Villegas, maar hij wilde geen bedrag noemen. Ook Shell wil niet reageren. Uit decreet 29856, waarin Transredes wordt genationaliseerd, valt te berekenen dat Bolivia er omgerekend rond 80 miljoen euro voor over heeft. Dat zou een schijntje zijn vergeleken bij de echte waarde. In februari vorig jaar noemde de directie van Transredes tegenover Trouw een bedrag van twee miljard euro. Het Britse Ashmore, dat ook 25 procent van Transredes bezit, eist een vergoeding van 333 miljoen euro.
De operatie rond Transredes is een uitvloeisel van de nationalisatie op 1mei 2006 van de Boliviaanse olie- en gasvoorraden, de op een na grootste van Latijns-Amerika. Morales stuurde militairen naar olieplatformen van internationale oliebedrijven, die voortaan moesten melden wat ze oppompten en daarover meer belasting moesten gaan betalen. Sindsdien streeft Bolivia naar een meerderheidsbelang in alle activiteiten rond winning, transport en distributie van gas en olie. Het betreft naast Transredes twee andere voormalige onderdelen van de YPFB, die in de jaren negentig in buitenlandse handen kwamen. De socialistische Morales wil die onderdelen graag terugkopen, maar de betreffende bedrijven zouden de onderhandelingen traineren.
De verkoop door Shell kan het vertrek betekenen uit Bolivia. Transredes is immers de enige activiteit. Commercieel zou dat geen ramp zijn voor Shell, maar strategisch is het een tegenvaller. Shell zou graag blijven met het oog op toekomstige aanbestedingen in de gassector. Of hierover in ruil voor de verkoop toezeggingen zijn gedaan is niet bekend.
Bolivia uit, maar misschien Jordanië in
Shell onderhandelt met Jordanië over oliewinning uit leisteen in de woestijn van het koninkrijk. „Als dit plan lukt, wordt het een van de grootste projecten om Jordanië te helpen meer zelfvoorzienend te worden voor wat betreft energie. Mogelijk kunnen we in de toekomst zelfs exporteren”, aldus een Jordaanse woordvoerder. Het land importeert nu 95 procent van zijn energiebehoefte. Jordanië zou er 40 miljard ton olie kunnen winnen, dagelijks 36.000 vaten. Oliewinning uit leisteen, waarbij deze steen tot extreem hoge temperaturen moet worden gebracht, is wel duur. De kosten zijn zo’n 6 miljard dollar.