inhakend op de vraag of de Index te verslaan is met stockpicking ;
de competitie met Nederlandse aandelen is met een klein mandje aandelen per deelnemer,
bij uitstek een voorbeeld van stockpicking.
Per speler is er dan een klein mandje gebruikt, maar als groep lag dat wel even anders.
In de editie 2015 hadden we als groep een heel groot deel van de keuzelijst gekozen :
AEX 25 aandelen. Gekozen 17 aandelen. Procentueel 68,00%.
AMX 25 aandelen. Gekozen 18 aandelen. Procentueel 72,00%.
AScX 25 aandelen. Gekozen 15 aandelen. Procentueel 60,00%.
Totale keuzelijst 75 aandelen. Gekozen 50 aandelen. Procentueel 66,67%.
Als je deze cijfers ziet, en je kijkt nog eens naar de enorme marges van de 2 competities tegenover de prestatie van de 75 aandelen uit de keuzelijst, dan kun je niet zeggen dat die verschillen te verklaren zijn uit de kleine mandjes.
Tweederde deel van de keuzelijst is gebruikt in de dubbele competitie van 2015.
Dat tweederde deel is heel wijs verdeeld over 2 mandjes. Long en Short.
De grote handelshuizen verslaan de index heel vaak. En als je de professionele analisten mag geloven, lukt het hen ook keer op keer.
De enige logische verklaring hebben we laten zien in editie 2015.
Gebruik beide zijden van het beleggen. Je verslaat de index, met een hele brede selectie van aandelen, door long en short te gaan. En marges daar te behalen waar de markt de kansen geeft.
We hebben als groep zelfs net zoals de keuzelijst, niet gewisseld.
Gekocht, en er een heel jaar vanaf gebleven.
En daar treedt de verbazing op. De grote handelshuizen en analisten halen hun gelijk en hun marge, door iedere paar weken -en soms dagen- iets anders te vinden (en hun posities te draaien).
Dat hebben wij als groep niet gedaan. Het moet me van het hart ;
ik ken geen enkel handelshuis en geen enkele analist die zonder 1x veranderen van mening of positie, de index weet te verslaan.
Laat staan hoe wij de keuzelijst hebben verslagen. Tweederde van de aandelen deed mee. Brede spreiding. 1 rit. Kopen en afblijven. Wijs verdeeld tussen long en short.
Dat lag niet aan het kleine mandje. Het lag ook niet aan de brede spreiding.
Het ligt aan de vaardigheid van stockpicking.
Als het om een korte tijdsperiode gegaan was, hadden we kunnen stellen,
dat het wellicht door stom geluk kwam.
Nu het om het resultaat gaat van een heel jaar, met tweederde van de keuzelijst,
kun je geluk als factor wegwuiven.
Wat blijft, is het argument op persoonlijk niveau, dat je makkelijker uitschieters scoort met selectief stock picking, dan met een breed mandje per individu.
Maar dat argument is twijfelachtig geworden omdat we als groep tweederde van alle te kiezen aandelen hebben gebruikt. En de keuzelijst er massief mee hebben verslagen.
De aandelen zijn gebruikt in beide krachtvelden van de beurs. Long en short.
De keuze om die beide competities samen te brengen en zichtbaar te maken in 1 grafiek,
laat zien dat er goede alternatieven zijn voor het volgen van een index.
Hopelijk heb ik met dit verhaal het argument van het kleine mandje ontkracht,
plus een pleidooi gehouden voor zowel een long-, plus een short-competitie.