NRC vandaag:
De auto van de toekomst wordt een soort smartphone
Mobiliteit De auto-industrie vecht met tech-bedrijven over het gebruik van digitale kaarten en locatiedata. Die zijn cruciaal nu auto’s steeds slimmer worden. Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen?
Marc Hijink en Wouter van Noort
Amsterdam. Wie in 2025 bij een stoplicht staat, ziet auto’s zichzelf rondrijden zonder bestuurders. Ze communiceren via allerlei sensoren met elkaar, hun omgeving, de weg en het internet. Ze passen zich zonder morren aan de andere weggebruikers aan. De inzittenden hoeven nergens op te letten en bekijken rustig een filmpje en drinken een kop koffie.
Auto nodig? Je drukt op een knop in een app en hij komt uit zichzelf voorgereden. En dat stoplicht is tegen die tijd misschien niet eens meer nodig: auto’s bepalen met slimme algoritmes zelf wel wie er voorrang heeft.
Natuurlijk: er zijn nog heel wat obstakels te overwinnen voordat het echt zover is. Maar opmerkelijk veel verschillende bedrijven zetten in op deze toekomstvisie. Dat is bijvoorbeeld te zien aan de belangstelling voor Here, de kaartdivisie van Nokia die te koop staat.
Natuurlijk: er zijn nog heel wat obstakels te overwinnen voordat het echt zover is. Maar opmerkelijk veel verschillende bedrijven zetten in op deze toekomstvisie. Dat is bijvoorbeeld te zien aan de belangstelling voor Here, de kaartdivisie van Nokia die te koop staat.
Vorige week meldde persbureau Bloomberg dat taxi-appbedrijf Uber en de Chinese webgigant Baidu samen een bod willen doen van circa 4 miljard dollar. Ook een Duits autoconsortium van BMW, Audi (VW) en Daimler (Mercedes) zou interesse hebben, net als softwaregigant Microsoft. Digitale kaarten zijn cruciaal voor slimme auto’s: om ze de goede kant op te laten rijden, en omdat ze de basis vormen van veel locatiediensten.
Ook het Nederlandse TomTom zit middenin deze ontwikkeling. Dit Amsterdamse bedrijf, een van de belangrijkste concurrenten van Here, levert digitale kaarten aan automakers en heeft ook een licentiedeal met Apple. Deze maand maakte TomTom bekend dat het contract met Apple na drie jaar „verlengd en uitgebreid” wordt. Hoe die uitbreiding eruit ziet, mag Jan-Maarten de Vries van de automotive-tak van TomTom niet zeggen. Volgens hem zit zijn bedrijf nu op een „sweet spot” in de industrie. Het afgelopen jaar verdubbelde de beurskoers van TomTom bijna.
De auto wordt een soort smartphone
Je kunt de auto van de toekomst het best vergelijken met een rijdende smartphone. Het voertuig verzamelt gegevens met sensoren die bijvoorbeeld de kwaliteit van de weg in de gaten houden (via de tractiecontrole), de borden langs de kant waarnemen (met camera’s) en de doorvoersnelheid van het verkeer (via gps) meten. Ook weersomstandigheden
(mist, regen, gladheid) worden vastgelegd en doorgegeven. Tegelijkertijd
communiceert de auto met andere verkeersdeelnemers, om opstoppingen te
vermijden en botsingen te voorkomen.
Deze gegevens worden gelinkt aan locaties op nauwkeurige digitale kaarten, die ook nodig zijn om voertuigen zelfstandig te kunnen laten sturen. Kaarten worden ‘live’ ververst met actuele informatie – die halfjaarlijkse updates van de kaart zijn dus verleden tijd. Om alle data uit te wisselen, is wel een standaardformaat nodig.
TomTom werkt samen met Here, autofabrikanten en toeleveranciers aan NDS, de Navigation Data Standard. De data die auto’s genereren is waardevol. Autofabrikanten zouden de informatie van de sensoren kunnen verkopen aan wegbeheerders en verkeersinformatiediensten. Google, dat zelf kaartsoftware ontwikkelde, gebruikt de digitale kaart voor locatiegebaseerde advertenties. De strijd in de autobranche gaat over wie zich uiteindelijk eigenaar mag noemen van de data over het rij- en reisgedrag van de klant/bestuurder. De privacy staat ook ter discussie, vandaar de moeizame invoering van de Europese alarmdienst eCall,
waarbij de bestuurder automatisch locatiedata deelt.
De weg wordt een verkeersinternet
Niet alleen auto’s krijgen een internetverbinding. Via apps en sensoren zijn alle verkeers-en vervoersstromen digitaal in kaart te brengen en op elkaar af te stemmen. Denk aan treinen die automatisch via een app laten weten dat ze vertraagd zijn, taxi’s die je op een kaart kunt zien en direct kunt bestellen. Maar ook pakketjes die je live via internet kunt volgen. Er ontstaat een compleet ‘verkeersinternet’. Veel bedrijven willen daarin een dominante speler worden. Die race is nog niet gelopen.
Uber wordt na recente investeringen gewaardeerd op zo’n 50 miljard dollar, vooral omdat investeerders hopen dat het bedrijf potentieel een belangrijke speler is op dat verkeersinternet. Uber zou volgens vorig jaar uitgelekte cijfers in 2015 op zo’n 2 miljard dollar omzet (1,8 miljard euro) rekenen. Omdat de smartphone grote kans maakt de spil te worden in het nieuwe systeem, hebben ook bedrijven die groot zijn in smartphones belangstelling: vandaar de interesse in auto’s van Apple, Google en Microsoft. Chinese bedrijven zoals Baidu en Tencent willen voorkomen dat ook deze markt straks wordt gedomineerd door Amerikaanse
bedrijven. Grote autofabrikanten houden het liever zelf in de hand, om niet afhankelijk te worden van technologiebedrijven.
Veiliger op de weg dankzij robotauto
Het is de vraag hoe lang het duurt voor de autonoom rijdende auto op de weg is. Die zal het wegverkeer veiliger maken. Het gros van de verkeersongelukken wordt door mensen veroorzaakt. Computers worden niet moe of dronken en worden niet afgeleid. Ze doen het daarom doorgaans beter op de weg. Vandaar dat de verwachtingen voor de autonoom rijdende auto hooggespannen zijn. Er wordt veel geëxperimenteerd: Google met zijn taxi (een soort eierdop op wielen), futuristische robotauto’s van Mercedes-Benz en Audi, en Volvo dat honderd autonoom rijdende auto’s de weg opstuurt in het Zweedse Göteborg. Uber ronselt autospecialisten
van de Amerikaanse topuniversiteit Carnegie Mellon. In de VS rijden ook
de eerste robottrucks al rond. Fabrikanten gaan ervan uit dat autonoom rijden geleidelijk aan terrein wint. Ze laten bestuurders alvast wennen aan intelligente rijassistenten als automatische noodstopsystemen, adaptieve cruisecontrol en automatisch inparkeren. Zelfs de meest conservatieve fabrikanten denken dat auto’s zichzelf binnen tien jaar kunnen besturen. Auto’s zijn al grotendeels gedigitaliseerd, maar pas als de wetgeving is aangepast kunnen automobilisten met de handen over het elkaar achter het stuur gaan zitten. Het is nog onduidelijk wie er aansprakelijk is als zo’n auto op eigen houtje brokken maakt. Tesla-topman Elon Musk is optimistisch, zei hij eerder deze maand tegen deze
krant. Hij denkt dat de eerste auto’s zonder chauffeur al over vier jaar rond zullen rijden – elke Tesla kan na een software-update zelf sturen op de snelweg.