Zijn Vlaamse bedrijven wel ambitieus genoeg?Met de overname van Ablynx door het Franse Sanofi verdwijnt het zoveelste beloftevolle Vlaamse techbedrijf in buitenlandse handen. Op eigen kracht uitgroeien tot een mondiale technologietopper lukt maar niet. Ontbreekt het ons aan ambitie?Advertentie Het Gentse Ablynx, een van Vlaanderens grootste biofarmabeloftes, komt voor 3,9 miljard euro in handen van het Franse Sanofi. Amper drie maanden eerder had het bedrijf aangekondigd zijn eerste medicijn te kunnen lanceren, na 16 jaar wroeten. Meteen stonden de vrijers op de stoep. Eerst was er het Deense Novo Nordisk met een overnamebod van 2,6 miljard euro. ‘Te weinig’, oordeelden het bedrijf en zijn aandeelhouders. Voor het forse hogere bod van Sanofi gingen ze wel door de knieën.Dat lijkt het lot van de Vlaamse biofarmabedrijven. Zodra de bestelwagen met het eerste verkoopbare product het erf afrijdt, staan de grote jongens daar om de voorraad en meteen het hele bedrijf op te kopen. Het is moeilijk om nee te zeggen tegen het grote geld waarmee ze zwaaien.De aandeelhouders wrijven zich in de handen. De prijs die Sanofi betaalt, ligt drie keer hoger dan wat het Ablynx-aandeel een jaar geleden op beurs waard was. Topman Edwin Moses maakt zich sterk dat de overname ook voor het Gentse bedrijf en zijn 450 werknemers een uitstekende zaak is. Sanofi belooft de verdere expansie van het expertisecentrum in Gent te steunen en de ontwikkeling van andere Ablynx-medicijnen te versnellen.Vlaanderen heeft fors in die bedrijven geïnvesteerd. Is hier geen sprake van een socialisering van de kosten en een privatisering van de meerwaarden?GEERT NOELSECONOOM ECONOPOLISHet is de peptalk die altijd verkondigd wordt bij zulke deals. Ablynx kan inderdaad baat hebben bij de steun van een gigant als Sanofi, bijvoorbeeld om zijn medicijnen wereldwijd te kunnen verkopen. Daar staat tegenover dat Ablynx zijn autonomie verliest, dat het beslissingscentrum van Gent naar Parijs verhuist en dat het bedrijf voortaan met andere Sanofi-divisies moet concurreren voor onderzoeks- en investeringsbudgetten.De ervaring leert dat de beloftes die bij zo’n overname worden gedaan niet veel waard zijn. Er is het voorbeeld van het biofarmabedrijf Movetis dat in 2012, twee jaar nadat het Ierse Shire het voor 428 miljoen euro had overgenomen, door zijn nieuwe eigenaar gewoon werd opgedoekt. Innogenetics leek in veilige handen te zijn beland toen Solvay het in 2008 kocht. Maar het werd daarna gebruikt als pasmunt in het geschuif met activa van de grote spelers. Van Solvay verhuisde het eerst naar het Amerikaanse Abbott en later naar het Japanse Fujirebio. Het plantenbiotechbedrijf Cropdesign, in 2006 door het Duitse BASF overgenomen net voor het naar de beurs wou trekken, kreeg een mokerslag toen BASF in 2016 opeens besliste het onderzoekscentrum in Gent op te doeken. Honderd jobs en veel expertise gingen verloren.Het is moeilijk te zeggen hoe het met die bedrijven zou zijn gelopen als ze op eigen benen waren blijven staan. Maar een onderdeel worden van een buitenlandse multinational is geen garantie voor een stralende toekomst.WereldspelersBESCHERMINGCONSTRUCTIESMeervoudig stemrecht voor de oprichters.Het onderbrengen van een controlebelang in een stichting.Een grotere stem voor het management bij de beoordeling van overnamevoorstellen.Een lange bedenktijd voor een bedrijf dat met een ovenamebod wordt geconfronteerd.Ons land telt een veertigtal wereldspelers, bedrijven die internationaal actief zijn en een omzet halen van meer dan 1 miljard euro, leerde een overzicht dat deze krant vorig jaar maakte. Zulke bedrijven zijn de trekkers van de economie. Ze zijn productief, halen successen op de internationale markten, bieden hoogwaardige jobs en creëren belangrijke afgeleide activiteiten - juridisch, financieel, marketing - in hun thuisland. België heeft heel wat kleppers in de voedingsindustrie (AB InBev, Vandemoortele, Greenyard), de logistiek (Katoen Natie, Cobelfret), de productie van bouwmaterialen (Etex, Sibelco) en de baggersector (DEME, De Nul). Een aantal daarvan zijn in één generatie tot wereldspelers uitgegroeid. Maar in het lijstje zijn geen technologietoppers of vaandeldragers uit toekomstgerichte sectoren te bespeuren, al zit de chipontwikkelaar Melexis wel in de wachtkamer. In de Bel20, de index van grootste beursgenoteerde Belgische aandelen, zit welgeteld één relatief jong techbedrijf: de biofarmagroep Galapagos. Maar die zou dra ook wel eens een overnameprooi kunnen worden.Er is in ons land een bruisende scene van technologie- en biotechbedrijven. Die vinden vaak ook wel de weg naar de beurs. Maar uitgroeien tot autonome duurzame en hier verankerde ondernemingen lukt zelden. ‘We hebben in Europa biofarmabedrijven nodig met een waarde van 20 tot 40 miljard euro. We hebben big pharma niet nodig, maar we moeten de tijd krijgen om ons te bewijzen. Bedrijven worden echter altijd te vroeg opgekocht’, stelde Galapagos-topman Onno van de Stolpe vorige maand in een interview in De Tijd.Het voorkeursscenario van Edwin Moses was ook om Ablynx als een onafhankelijk bedrijf uit te bouwen. Tot Sanofi zijn chequeboek bovenhaalde.Moeten we het erg vinden dat Ablynx overgenomen wordt? ‘Ja’, zegt econoom Geert Noels van Econopolis. ‘Vlaanderen heeft onder meer via het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB) veel geld geïnvesteerd in de uitbouw van biofarmabedrijven, met als doel enkele multinationals te creëren in die sector. Maar als die bedrijven dan worden verkocht, lukt het nooit om een sterk ecosysteem in Vlaanderen te krijgen. Terwijl we daar nu al ruim 35 jaar grote inspanningen voor doen.’ Biotechnologie was, samen met micro-elektronica en nieuwe materialen, een van de speerpuntsectoren waarop de Vlaamse overheid vanaf 1982 met haar Derde Industriële Revolutie in Vlaanderen (DIRV) sterk heeft ingezet. Gimv had als jonge Vlaamse investeringsmaatschappij, toen nog volledig in handen van de Vlaamse overheid, de uitdrukkelijke opdracht de ontwikkelingen van jonge bedrijven uit die sectoren financieel te ondersteunen.40Ons land telt ongeveer 40 wereldspelers met een omzet van minstens 1 miljard euro. Maar daar zit geen enkel techbedrijf tussen.