Stormachtige ontwikkelingen rond wind op zee
Het stormt achter de horizon. De komende tijd verrijst er bijna jaarlijks een nieuw windpark op zee. Vooral de Noordzee wordt een drukke bouwplaats, met steeds grotere turbines, installatieschepen, helihavens - en lagere kosten.
Foto: HH. (zie bijlage)
Jan Bruggenthijs, topman van Sif Group, zei het een beetje terloops. Het was augustus 2017 en in een zaaltje op het hoofdkantoor van ABN Amro aan de Zuidas had hij net een toelichting gegeven op de tegenvallende halfjaarcijfers. Bruggenthijs, die in mei vertrekt bij het bedrijf dat funderingen windturbines maakt, sprak over de 'snel dalende kosten voor wind op zee'.
Jan Bruggenthijs.Foto: Peter Boer.
Die kostendaling is gunstig voor de consument. Maar raakt het steeds goedkoper worden van windenergie niet de verdiencapaciteit van de toeleveranciers?
'Het gaat om efficiency', doceerde de boomlange topman van Sif. Het bedrijf uit Roermond was mede daarom verhuisd naar Rotterdam. Dat ligt pal aan de Noordzee, waar de enorme stalen funderingen - in jargon: monopiles - uiteindelijk komen te staan.
'Onze kade is uitgebaggerd in opdracht van het havenbedrijf. Op de bodem is zand gelegd,' vertelde Bruggenthijs. Schepen die de monopiles ophalen staan dan op poten die ze even laten zakken. 'In de klei zakten die poten weg. Dan duurde het laden van die schepen twee dagen', zei Bruggenthijs. 'Met de zandondergrond, die door de poten van het laadschip nog verder wordt aangestampt, duurt het laden 14 tot 18 uur. Dat scheelt nogal, aangezien de huur van zo'n schip $ 250.000 per dag is. En zo zoekt de hele keten naar een hogere efficiëntie.'
Optuigen toevoerketen
Dit is het kernverhaal van windenergie: de hele toevoerketen moet worden opgetuigd om zo gestroomlijnd mogelijk te werken. Het is schaken met de elementen, met miljardenbedragen en met technische vooruitgang. Want dat is een andere cruciale variabele in de windindustrie: de letterlijke groei van de turbines, waardoor de opbrengst stijgt en de kosten worden gedrukt.
Windenergie is schaken met de elementen, met miljarden en met technische vooruitgang
'Groot, groter, grootst' wordt daarmee realiteit in offshore wind. Dit proces verloopt momenteel explosief. Turbines van 3 megawatt die vier jaar geleden nog op zee werden neergezet zouden bij huidige aanbestedingen niet eens meer meedoen: ze zijn te klein.
Het Zweedse staatsbedrijf Vattenfall won vorige maand de laatste tender, zonder subsidie, voor de aanleg van windpark Hollandse Kust Zuid. In 2022 moet het zijn gebouwd. Vattenfall moet sommige details nog inkleuren, zei Gunnar Groebler, topman van de winddivisie, in maart op een steenkoude kade in Schiedam, vlak nadat bekend werd dat het moederbedrijf van Nuon de aanbesteding had gewonnen. Zo was het nog niet duidelijk wat voor type turbines Vattenfall gaat neerzetten in de Noordzee. Maar, zo verzekerde Groebler, 'het is zeker dat het turbines worden met een opwekcapaciteit van 8 megawatt.'
Ondertussen werkt GE al aan turbines van 12 megawatt. De ontwikkeltijd is drie tot vijf jaar, meldde dat Amerikaanse conglomeraat begin maart. Schaalvergroting van de turbines zullen uiteindelijk ook de kosten drukken, verwacht GE. Nog een claim: hun windmolens zullen 45% meer energie leveren dan de huidige.
Ook de installatieschepen voor de windturbines worden steeds groter. Van Oord investeerde tientallen miljoenen om het installatieschip Aeolus gereed te maken voor turbines van 8 tot 10 megawatt, de huidige maat der dingen.
Voor de volgende generatie, zoals die van GE, zijn er nog weer grotere schepen nodig. Schepen met kranen die tot 5000 ton kunnen heffen: dat is vijf miljoen kilo, ofwel het gewicht van alle bezoekers van een uitverkochte Arena bij elkaar, er vanuit gaande dat iedereen 92 kilo weegt.
‘IJmuiden, de Eemshaven en Vlissingen zouden goede locaties zijn voor minivliegveldjes.’• Conny van den Hoff
Record na record
Zo dendert de offshore-windindustrie door. Europa - en dan vooral de Noordzee, vanwege de geringe diepte - is goed voor het leeuwendeel van het geïnstalleerde vermogen van wind op zee. De records worden achter elkaar gebroken. 2017 was een recordjaar voor geïnstalleerd windvermogen, meldde branchevereniging WindEurope. Er is ruim 3000 megawatt aan vermogen bijgekomen. Het jaar daarvoor was dat 1600 megawatt.
Nederland wil tot aan 2023 vijf parken van 700 megawatt (enkele honderden molens) aan windvermogen op de Noordzee. Dat is nog maar het begin, want daar moeten er nog eens zeven windparken komen van elk 1000 megawatt. Samen met de relatief kleine windparken die er al staan, komt het totaal op zo'n 11000 megawatt. En daarmee stopt het nog zeker niet. Tennet ontvouwde twee jaar geleden het plan om een eiland aan te leggen op de Doggersbank.
Nog zo'n plan: meerdere helihavens om de enorme windparken te kunnen bereiken. Dit idee komt van Den Helder Airport, de luchthaven waarvan nu nog alle helikoptervluchten van en naar de olieplatforms worden uitgevoerd. IJmuiden, de Eemshaven en Vlissingen zouden goede locaties zijn voor minivliegveldjes, zei Conny van den Hoff van Den Helder Airport vorige zomer.
Verbinding zoeken
Het wordt de komende jaren druk op de Noordzee. 'Er spelen hier meerdere belangen: de visserij, de scheepvaart, de olie- en gassector, en in toenemende mate de windenergie', zei Floris van Hest, directeur van Stichting De Noordzee, de afgelopen herfst.
Om de klimaatdoelstellingen van Parijs te halen, zal waarschijnlijk 10% of meer van het zeeoppervlak gebruikt moeten worden voor wind. 'Dat is wel erg veel. Je zult verbinding moeten zoeken.'
Zo heeft TNO al het North Sea Energy programma opgetuigd. Bedrijven, brancheverenigingen, onderzoeksinstellingen en maatschappelijke organisaties willen met dat programma 'de energietransitie op de Noordzee versnellen', aldus TNO.
De World Economic Council becijferde dat er in de overgang van fossiele naar groene energie tussen de € 200 mrd en € 300 mrd te verdienen is aan de Noordzee. Deels is dat windenergie. Maar ook de ontmanteling van de bestaande infrastructuur voor gas en olie op de Noordzee vertegenwoordigt een markt van tientallen miljarden. Daarnaast zouden oude gasvelden gebruikt kunnen worden om CO2 op te slaan.
Vooral de vissers zijn gekant tegen de windparken. Het gebied waar zij kunnen vissen slinkt, wanneer er windturbines komen te staan.
Meer helihavens, zo dicht mogelijk bij de windparken, zijn gunstig voor het snelle onderhoud verder op zee, zodat de turbines straks maximaal kunnen draaien. Want als de kolossale turbines straks stilstaan, dan kost dat veel geld. Heen en weer vliegen met een dure helikopter loont, zo beweert althans de luchthaven Den Helder.