Vergeet ook vooral de definitie van "werkloos" niet en de manieren waarop van die definitie gebruik wordt gemaakt. Werkloosheid is een politiek beladen verschijnsel, de regering heeft eigenlijk altijd belang bij een zo laag mogelijk getal. Dus reken maar dat er van de mogelijkheden gebruik wordt gemaakt.
Een werkloze is iemand die geen werk heeft, maar wel direct beschikbaar is voor de arbeidsmarkt én actief naar werk zoekt. Je ziet direct de zwakke punten: iemand die niet actief op zoek is, telt niet mee. Iemand die niet direct beschikbaar is, telt niet mee.
Toen in de jaren '80 de werkloosheid uit de hand liep, werden ontzettend veel werklozen op omscholingscursus gestuurd. Die telden bij de eerstvolgende telling niet mee als werkloos. Ze zaten immers in een scholingstraject. De politieke carrière van Lubbers was daarmee gered.
In het verleden werden veel ontslagen werknemers gedumpt in de WAO. Die waren daarmee arbeidsongeschikt en dus niet werkloos. Natuurlijk waren ze lang niet allemaal echt invalide.
Om een uitkering te kunnen krijgen moet je actief zoeken naar een baan (en dus werkloos zijn). Maar in veel landen is de tijdsduur van een uitkering beperkt. Soms zelfs vrij kort. Als je toch al geen uitkering meer krijgt, en er is weinig perspectief, kun je net zo goed ophouden met solliciteren en op betere tijden wachten. Zolang je niet actief zoekt, tel je niet als werkloos. Trouwens, hoe weet het statistiekbureau of een niet-uitkeringsgerechtigde actief solliciteert? Door het aan een steekproef te vragen?