EU: test streng, maar negeert kans op wanbetaling staten
AMSTERDAM (Dow Jones)--De financiele autoriteiten van de Europese Unie hebben hun uiterste best gedaan om de strenge voorwaarden te benadrukken van de stresstesten voor banken die het vertrouwen in de Europese bankensector moeten ondersteunen, maar zij negeren twee belangrijke parameters.
De toezichthouders zeggen dat de Europese test zwaarder is, met name wat betreft de aannames voor de economische groei, dan de testen die de Amerikaanse financiele autoriteiten in het begin van 2009 hebben gedaan voor de Amerikaanse banken. Daaruit kwam naarvoren dat 10 van de 19 grote Amerikaanse banken in totaal $75 miljard aan extra kapitaal nodig hadden.
Maar de Amerikaanse testen hielden geen rekening met het risico dat een land niet meer aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen, terwijl er in Europa dit jaar chaos op de financiele markten ontstond toen beleggers in mei ongerust werden over de schuldenproblemen van Griekenland en andere zwakke landen in de eurozone.
Evenmin testten de Amerikanen of de liquiditeitsbuffers van de banken groot genoeg waren, of de hoeveelheden makkelijk te verkopen activa, waarmee de banken hun toekomttige obligatieverplichtingen moeten voldoen en hun lopende activiteiten financieren. Zwakke financieringsmodellen waren de belangrijkste oorzaak van de problemen bij sommige financiele instellingen tijdens de crisis, zoals bij de Britse bank Northern Rock.
Het Comite van Europese bankentoezichthouders (CEBS), een groep van regelgevende instanties die de Europese Commissie adviseert, heeft stresstesten georganiseerd voor 91 banken die samen goed zijn voor 65% van de activa van de totale Europese banksector.
De stresstesten zijn bedoeld om te zien hoe de bezittingen en verplichtingen van een bank zich gedragen tijdens een gesimuleerde periode van economische onrust en of zij genoeg kapitaal bevatten om verliezen te compenseren en genoeg liquiditeitsbuffers hebben om solvabel te blijven.
Het CEBS toetst de banken door middel van drie economische scenario's die lopen gedurende 2010 en 2011. Alle banken ontvingen daarvoor een algemeen testsjabloon dat ze kunnen gebruiken en de nationale toezichthouders van ieder land overzien de testen.
Het eerste scenario geldt als de normale situatie en baseert zich op voorspellingen die dichtbij de ramingen van de Europese Commissie liggen, om te bezien wat er met banken in de komende anderhalf jaar gebeurt onder de huidige economische verwachtingen.
Vervolgens werd banken gevraagd twee toepasselijke stresstesten uit te voeren: een met een ongunstig scenario en een met een ongunstig scenario, dat nog is versterkt door een sterke daling van de waarde van staatsleningen, die sterker is dan de koersdalingen die zich in mei voordeden bij de staatsobligaties van sommige landen van de eurozone.
In het eerste geval werd uitgegaan van een scenario waarin het bruto binnenlands product (bbp) van de Europese Unie drie procentpunt lager uitkomt dan in de voorspellingen van de Europese Commissie, waarvan 1 procentpunt daling zich voordoet in 2010 en twee procentpunt in 2011.
In het basis-stressscenario wordt verder uitgegaan van druk op de interbancaire geldmarkttarieven zoals die werd gezien na het omvallen van Lehman Brothers, wat zou kunnen gebeuren als er ongerustheid ontstaat in de markt dat een overheid niet kan voldoen aan zijn betalingsverplichten.
Daarom is een stijging van 125 basispunten van de tarieven voor kortetermijnleningen ingecalculeerd. De stresscenario's gaan echter een stap verder dan in het geval Lehman, door de tarieven gedurende twee jaar op dat hoge niveau te houden.
Verder gaat het stressscenario ervan uit dat de langetermijn rentetarieven met 75 basispunten stijgen, waardoor de yield-curve zou afvlakken. Deze hypothetische situatie simuleert volgens CEBS de soort stress die werd gezien op het hoogtepunt van de crisis, toen beleggers geen geld maar aan banken durfden uit te lenen.
Volgens CEBS is de kans dat dit scenario zich werkelijk ontvouwt 5%, waarmee het eens in de twintig jaar zou kunnen gebeuren. De stresstests die in 2009 in de VS werd uitgevoerd ging uit van een waarschijnlijkheid van 15%.
In het tweede ongunstige scenario werd een sterke daling van de waarde van staatsleningen toegevoegd, zoals in mei gebeurde. Het verschil in rendement tussen diverse Europese staatsleningen en Duitse bunds, de zogeheten spreads, liepen toen sterk op. In het scenario van CEBS wordt deze spread met nog eens 30 basispunten verhoogd ten opzichte van de meest extreme koersen in mei.
Haircuts, waarbij een korting wordt toegepast op de waarde van een bezitting, werden toegepast op een obligatieportefeuille met een gemiddelde looptijd van vijf jaar. Daarbij werd bijvoorbeeld een afwaardering van 23% op Griekse leningen, 4,6% op Duitse leningen, 12,3% op Spaanse leningen en 14% op Portugese leningen toegepast. De CEBS geloofde niet dat een situatie waarin een Europees land niet aan zijn betalingsverplichtingen kan voldoen mogelijk is.
De haircuts werden toegepast op het handelsboek van de banken, hoewel een bank staatsleningen in zijn eigen boeken kan opnemen als deze aangehouden worden tot het einde van de looptijd. In dat geval hoeft er bij koersdalingen niet op afgeschreven te worden, omdat het uitstaande bedraag aan het einde van de looptijd volledig wordt afgelost.
CEBS-functionarissen zeggen dat zij de kans dat dit gebeurt niet kunnen berekenen, omdat dit buiten de kaders gaat van wat de markten tot op heden hebben meegemaakt.
Deze scenario's worden gebruikt om te testen wat de impact op de handels- en bankboeken van de bank zouden presteren onder in deze situaties. De tests zijn niet gericht op de liquiditeitsrisico's van banken, omdat de CEBS zich niet in het vaarwater wil begeven van een ander lopend onderzoek van regelgevende instanties naar de impact van voorgestelde nieuwe liquiditietsregels.
Het Basels commite voor het toezicht op banken doet momenteel een studie naar de impact van nieuwe kapitaals- en liquiditeitseisen, waarbij de liquiditeit van banken wordt getest op een manier die overeenkomt met de manier waarop de CEBS dat zou hebben gedaan.
Voor het bankboek richtte de CEBS zich op drie voorname gebieden - de kans die een bank incalculeert dat een tegenpartij zijn betalingsverplichtingen niet nakomt, de portefeuille met bezittingen die beschikbaar zijn voor verkoop, waarvan de waardeschommelingen niet in de verlies- en winstrekening worden opgenomen, en gesecuritiseerde transacties.
De normale situatie bevatte een aanname waarbij de kredietrating van gesecuriteerde beleggingen wordt verlaagd met e e n of twee stappen, terwijl in de twee negatievere scenarios een verlaging met vier stappen werd gesimuleerd.
Het testen van de handelsboeken van de banken was voor de toezichthouder een stuk lastiger, omdat er door banken vaak een groot aantal zeer diverse posities wordt ingenomen. Als gevolg daarvan liet de CEBS de banken via zijn interne modellen een aantal aannames doorrekenen onder toezicht van de toezichthouders.
Uitvoering van deze stresstest leverde schattingen op voor verliezen die banken in deze scenario's lijden op beleggingen, zoals leningen, en de mate waarin de naar risico gewogen activa toenemen, die een maatstaf zijn voor de risico's die een bank op zijn balans heeft. Deze uitkomsten zijn vervolgens gebruikt om te berekenen h