Wanneer we na kleuter te zijn geweest leren lezen, is in feite alle kennis beschikbaar.
Iedereen zou zich in alles kunnen verdiepen, en begrijpen.
Toch gaan er vele jaren studeren vooraf aan het begrijpen? van KENNIS.
Wat gebeurt er dan in al die voorafgaande jaren?
Waar Jaspers hieraan impliciet refereert is in feite het leren van de spelregels.
Om een uitspraak te doen of iets KENNIS is, moet de inhoud getoetst zijn aan de spelregels.
Wanneer hij smalend aanhaalt hoe weinig KENNIS aanwezig is bij de bewindslieden, dan bedoelt hij dat ze het hebben over KENNIS die zijzelf niet hebben, maar waarvan ze ook niet kunnen weten of dat wel KENNIS is, omdat ze OOK de spelregels die de inhoud KENNIS zouden moeten maken niet
beheersen.
Dat is een zeer kwalijke zaak.
Als we het hebben over het tekort schieten van het onderwijs, dan is dit het punt wat maakt, dat er zoveel ONZIN verspreid kan worden.
De reden dat de bevolking van alles als zoete koek aanneemt.
Men kan immers zelf helemaal niet oordelen of wat men te horen krijgt wel FEITEIJKE KENNIS is.
En hoe moeten ze het weten, als ze van de spelregels helemaal nog nooit gehoord hebben.
Omdat degenen die het onderwijs verzorgen er ook geen weet van hebben?
Het is als de kleuter zojuist aangehaald, die ipv te leren lezen, alleen maar letters voorgeschoteld krijgt, en het verder maar uit moet zoeken.
Jaspers is van mening dat de AARD van de wetenschap het probleem is, maar dat ziet hij niet juist, het zijn de ontbrekende spelregels.
Niet ontbrekend, maar in het slop geraakt.
In het slopgeraakt? Of is ook dit weer expres gedaan?
De bevolking wezenlijk dom houden?
Zodat je ze alles kunt wijsmaken?
Wat is de remedie?
Beter onderwijs allicht, zodat IEDEREEN zelf kan oordelen, maar op dit moment, de grote verantwoordelijkheid voor de mede wetenschappers, om hun mond open doen, en te wijzen op het NIET WAAR zijn van FEITEN, die wel als zodanig gepresenteerd worden.
Zoals medici een eed moeten afleggen dat ze de patient geen kwaad zullen doen, zo zou dat voor wetenschappers ook moeten gelden, mede verantwoordelijk zijn voor de uitspraken van vakgenoten.
Een lijst van uitgesloten vakgenoten voor een ieder ter inzage.