voda schreef:
Weer een verhaal om over na te denken?
Zijn consumenten te pessimistisch of beleggers te optimistisch?
5 augustus 2009, 7:33 uur | FD.nl
Door: Ad van Tiggelen
We zien de laatste tijd verschillende marktontwikkelingen die moeilijk met elkaar te rijmen lijken. Zo hebben aandelenmarkten een krachtige rally doorgemaakt, terwijl het consumentenvertrouwen laag blijft. En over de hele linie heerst er vrees voor inflatie, terwijl de rente op obligaties is afgenomen. De risicobereidheid neemt toe, terwijl particuliere beleggers er nog steeds de voorkeur aan geven hun geld op matig renderende spaarrekeningen te parkeren. Hoe moeten we dit alles interpreteren?
De recente stijging op de aandelenmarkten kan worden verklaard door de combinatie van een stabiliserende Amerikaanse economie en meevallende winstcijfers van ondernemingen. In tegenstelling tot consumenten zijn beleggers voorgeprogrammeerd om het ‘grote herstelspel’ te gaan spelen zodra de economie niet meer verder verslechtert. Die geconditioneerde reflex is onlangs versterkt doordat de centrale banken ons verzekeren dat de rente langere tijd op een laag niveau zal blijven, terwijl ondernemingen ons vertellen dat de winsten minder zwaar gekelderd zijn dan gevreesd.
Omgekeerd is het gedrag van consumenten hoofdzakelijk afhankelijk van de toestand van de woningmarkt en de beschikbaarheid van banen. Zij zien niet zoveel reden om te juichen, wat alleszins begrijpelijk is na de sterkste daling van de huizenprijzen in de afgelopen tachtig jaar en de sterkste stijging van de werkloosheid in de afgelopen dertig jaar (in de VS).
In het kielzog van de grootste schuldophoping in de geschiedenis moeten zowel bedrijven als consumenten nu hun schulden reduceren. Bedrijven pakken dit probleem voortvarender aan dan ooit, deels door de omvang van hun personeelsbestand in sneltreinvaart in te krimpen. Dat hun winstcijfers beter zijn dan verwacht, is dan ook grotendeels toe te schrijven aan de slagvaardige wijze waarop kostenbesparende maatregelen – over de hele linie – zijn doorgevoerd. Ook huishoudens reduceren hun schulden. Onder druk van banenverlies, het gebrek aan reële loongroei en dalende huizenprijzen begint men te sparen, en het is niet aannemelijk dat dit gedrag de komende tijd zal veranderen.
Samengevat zijn wij ervan overtuigd dat zowel optimistische beleggers als voorzichtige consumenten vanuit hun eigen positie geredeneerd rationeel handelen.
Wat betreft de inflatie heerst er bij velen nog de vrees dat een oplopende overheidsschuld en het steeds weer ‘geld bijdrukken’ in de toekomst zullen leiden tot stijgende prijzen. In de verre toekomst kan dit weliswaar niet uitgesloten worden, maar toch het lijkt er op dat de deflatoire druk als gevolg van de grote overcapaciteit en hoge werkloosheid in 2009 en mogelijk zelfs in 2010 een zwaarder stempel drukt. Bovendien moeten we niet uit het oog verliezen dat de vergrijzende bevolking in de ontwikkelde wereld op de langere termijn eveneens een fenomeen is dat de inflatie waarschijnlijk binnen de perken zal houden, zoals nu al te zien is in Japan.
Wat aandelen betreft, is het, afgaande op het groeiende optimisme over de toekomstige winsten, mogelijk dat de opleving nog iets langer aanhoudt. Het positieve effect van kostenbesparingen en voorraadaanvullingen op de winsten zal echter in de komende 6 tot 9 maanden afnemen. Dan moeten aantrekkende consumentenbestedingen die rol overnemen. En dat kan nog wel eens lastig blijken. Wij verwachten voor 2010/11 niet hetzelfde V-vormige winstherstel als in 2004/05. In 2004 begon het herstel vanuit duidelijk lagere marges en vond het plaats in een context waarin consumenten minder schulden hadden, er meer banen waren, de loonontwikkeling beter was en de huizenprijzen stegen. Daarom verwachten wij niet dat dit patroon zich nu zal herhalen. De winsten zullen weliswaar toenemen, maar slechts in een bescheiden tempo.
Op dit moment gaat onze voorkeur nog steeds uit naar staatsobligaties en hoogwaardige bedrijfsobligaties als alternatief voor laag renderende spaargelden. Wat aandelen betreft, hebben we een lichte voorkeur voor defensieve sectoren met hoge dividendopbrengsten (telecommunicatie, farma, nutsbedrijven en energie). In een evenwichtige portefeuille kunnen ook opkomende markten en Amerikaanse technologieaandelen als groeithema’s worden aangehouden.
Ad van Tiggelen Van Tiggelen is senior strategist bij de Multi-Asset Group van ING Investment Management.
Voor zijn eerdere columns zie het dossier. De informatie in zijn column is niet bedoeld als beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen.
Copyright (c) 2009 Het Financieele Dagblad